“Radio presenteren is nooit mijn doel geweest”
Ze kocht haar eerste vinylsingle al op 8-jarige leeftijd, en droomde lange tijd van een zangcarrière. Zangeres werd ze niet, maar Roosmarijn Reijmer (35) is alweer sinds 2007 radio-dj bij het prestigieuze 3FM. Aan Vinyl50 doet ze een boekje open over haar muzieksmaak: van New Kids on the Block tot Four Tet.
Door Jelmer Luimstra
Reijmer laat elke woensdag in haar radioshow op 3Voor12 Radio drie nummers horen uit de Vinyl50. Wat zijn haar eigen favoriete platen? Ik zoek haar op in het Hilversummer Mediapark. Op een belachelijk zonnige dag in februari ontvangt ze me in de studio’s van 3FM. “Goh, ben je zo jong?”, zegt ze verrast. “Ik had verwacht met een veel ouder iemand af te spreken.” Omdat we het over vinyl gaan hebben?, vraag ik, een 25-jarige journalist. “Ja, daarom eigenlijk.” We lopen naar boven en nemen plaats op een bankje. Recht voor ons zijn Coen en Sander bezig met hun middagshow. Bijzonder is dit tafereel allerminst voor Reijmer. Ze werkt al sinds 2000 bij 3FM. Eerst in de internetredactie, toen als muzieksamensteller om uiteindelijk te eindigen als dj. Van maandag tot en met donderdag presenteert ze 3VOOR12 Radio.
Hoe ontstond haar liefde voor popmuziek? “Ik was acht jaar toen ik begon met muziek consumeren,” herinnert Reijmer. “De cd was toen (red. 1987) nog een luxeproduct, dus vinyl was de standaard. Geld voor een volledige lp had ik niet, dus ik stortte me op singletjes. Ik had La Isla Bonita van Madonna, Tonight van New Kids on the Block en High Under the Moon van Tambourine.” Wilde ze meer muziek luisteren, dan zette ze een plaat op van haar ouders – van bijvoorbeeld Simon & Garfunkel, Queen of Neil Diamond. “Daar zaten wel veel krassen op,” weet Reijmer. “Hoe dat kwam? Mijn broer ging vroeger hinkelen op de lp’s. Hij legde ze op de grond en maakte er een hinkelbaan van. Ja, mijn ouders waren heel boos op hem.”
Wat was je eerste single?
“Fleetwood Mac met Everywhere. Die hoorde ik voor het eerst op de radio. Ik nam hem van de Top 40 op met een cassettebandje en bleef hem maar zingen. Omdat ik altijd blij was als hij op de radio kwam, wilde ik hem zelf ook hebben. Waarom ik hem zo mooi vond? Ik denk dat het te maken heeft met de koortjes. Ik ben eigenlijk altijd al verzot op koortjes geweest. Of het nu om Simon & Garfunkel, Fleetwood Mac of iets moderns als Temples gaat: zolang er goede koortjes in zitten, vind ik het tof.”
Welke plaat doet je terugdenken aan je jeugd?
“Siamese Dream van Smashing Pumpkins. Die staat symbool voor mijn gehele pubertijd. Ik zat op het Baarnsch Lyceam, een van de vijf oudste lyceums van Nederland. Er waren daar veel subculturen. Je was skater, alto of kakker. Ik was alto, en daar hoorden de Smashing Pumpkins natuurlijk bij. Ik herinner me dat ik met mijn vrienden een paar keer heel stoned werd in het schoolbos. Al blowend luisterden we naar Siamese Dream. Het klonk alsof een koe 100 meter verderop in mijn oor stond te loeien (lacht). Hoe ik er uitzag? Ik droeg Dr. Martens en had heel veel zwarte kleding. Een keer liet ik mijn haar veel te kort knippen. Ik heb krullen, dus met kort haar ontstond ineens een soort afro. Het stond verschrikkelijk.”
Veel radiopresentatoren waren op hun zevende al in de weer met zelfgemaakte radio’s en kindermicrofoons. Zo niet Reijmer, zij wilde eigenlijk zangeres worden. Tijdens haar lyceumtijd zat ze in verschillende schoolbandjes, maar die droom heeft ze lang geleden laten varen. “Het werd hem gewoon niet,” zegt Reijmer. “Mijn talenten lagen elders.” Zingen doet ze nog wel, maar vooral achter het stuur. Of expres vals en dan live op de radio.
Reijmer wilde wel in de muziek werken, dus wat moest ze doen? “Ik begon me af te vragen wie de liedjes op de radio mochten uitzoeken,” zegt ze. Tot haar verbazing bleken dat er maar tien mensen in heel Nederland te zijn. Hoe word je dat? Journalistiek studeren leek een stap in de goede richting. Na haar afstuderen kon ze in 2000 gaan werken op de internetredactie van 3FM. In 2003 werd ze muzieksamensteller – de felbegeerde baan – om vanaf 2007 bij 3FM zelf achter de microfoon te stappen. “Toch is radio presenteren nooit mijn doel geweest. Het maakt me nog steeds niet zoveel uit of ik muziek samenstel of een programma presenteer, zolang ik maar bij de radio kan werken.”
Welke plaat symboliseert je radiocarrière het beste?
“Toen ik net bij de radio kwam werken, had Toploader net een hit gehad met Dancing in the Moonlight. Hun volgende single was Achilles Heel. Die single flopte nogal, maar ik was er ontzettend fan van. Ik moest een keer invallen als producer bij Gerard Ekdom, die ook net bij 3FM werkte. Hij presenteerde, en ik moest de telefoon opnemen. Maar telkens als hij dat nummer draaide, werd er geen telefoon opgenomen. Dan ging de radio superhard en luisterden we naar Achilles Heel. Ook al is het geen hit geworden, het werd uiteindelijk wel 3FM Megahit. Waarschijnlijk was dat omdat wij er zulke liefhebbers van waren en er iedereen mee hadden aangestoken (lacht).”
Vinyl is bezig met een revival. Doe je hier zelf aan mee?
“O, zeker. In mijn cd-periode heb ik al mijn oude singles weggegooid. Ook de lp’s uit het ouderlijk huis hebben het niet gehaald. Je dacht: die heb je nooit meer nodig. Nu heb ik spijt als haren op mijn hoofd, want sinds drie jaar heb ik opeens weer twee platenspelers. Een professionele met een studiosetje op zolder, en een Crosley in de woonkamer. Zo’n mobiele platenkoffer als de Crosley staat leuk in de huiskamer, dus ja, ik doe helemaal met die hype mee (lacht). Ik ben een trendvolgende vinylkoper geworden. Mijn mooiste hoezen hangen zelfs aan de muur.”
Volg je slechts de hype, of gaat het dieper dan dat?
“Goede vraag. Ik denk dat de hernieuwde interesse in vinyl bij mij te maken heeft met het feit dat ik sinds enkele jaren veel meer naar elektronische muziek luister. Veel elektronische releases komen alleen op lp uit. Geen Spotify, geen iTunes, slechts op vinyl. Zoals? Four Tet en Burial, bijvoorbeeld. Vaak kreeg ik dat soort releases op vinyl binnen om voor 3FM te beluisteren. Zonder platenspeler kon ik dat niet doen, dus haalde ik er snel eentje in huis. Ik had de nummers natuurlijk ook kunnen downloaden, maar ik vind dat je muziek moet aanschaffen als je het mooi vindt. Anders heb je supermooie MP3’s, maar voel je je smerig omdat je de originals niet hebt. Verzamelen is voor mij belangrijk. Ik heb ook duizenden cd’s thuis liggen.”
Wat vind je eigenlijk van de herwaardering van vinyl?
“Ik draag het een warm hart toe. Het zorgt ervoor dat mensen weer hele albums luisteren en ervoor gaan zitten met de hoes in de hand. Mensen nemen van A tot Z tot zich wat de artiesten hebben bedacht. Dat is te gek. Samen plaatjes draaien in de huiskamer, of je het nu doet op een Technics of een Crosley, is leuk. Om de dertig minuten moet je zo’n plaat weer omdraaien, dus het is echt een gezelschapsspel. Het gaat om het beleven van muziek. De mooiste hoezen van het jaar moet ik op vinyl hebben. Die van Sohn bijvoorbeeld (red. Tremors), met groot zijn naam tegen een achtergrond met een Ijslands landschap. Of Sun Structures van Temples. Ze zijn naar een oud kasteel gegaan en hebben een heel dreigende landschapsfoto gemaakt. Dat is bijna een schilderij.”
Van welke artiest heb je de meeste platen?
“Blur! Ik was in de jaren ’90 best wel van de Britpop. Parklife is mijn favoriete album allertijden en van Blur heb ik alles op vinyl. Blur bezingt het alledaagse leven, maar ieder album is weer totaal anders. Ze hebben de roots van jaren zestig-bands als The Kinks en Traffic, en dat levert koortjes op die ik heel erg tof vind (lacht). De ongelooflijke creativiteit die daar in zit, heeft me altijd aangesproken. Ik vond ze veel interessanter dan Oasis. Tijdens Blurs vorige tournee ben ik drie keer naar hun shows in Engeland gegaan. Twee kleine shows en een grote in Hyde Park. Ik weet niet of ik nog een keer naar Engeland zou gaan voor ze, want het kost veel. Het was mijn hele zomervakantie, die drie gigs. Maar zo’n groot reünie-optreden, die moet je tussen de Engelsen ondergaan. Zoiets als de HMH voelt dan als een tweedehands theezakje.”
Welke plaat viel je het meest tegen?
“Het tweede album van The Feeling (red. Join With Us uit 2008). Dat was echt een mislukking. Het eerste album vond ik zo mooi, die heb ik zo vaak geluisterd. Het was echt een evenement dat die tweede er kwam, maar hij was helemaal niks. Ik heb het goed geprobeerd te vinden, maar er was werkelijk gaan zak aan. Wat er zo slecht aan was? Het waren gewoon geen goede liedjes. Het was zo’n typische moeilijke tweede, een rip-off van Queen.”
Welke plaat moeten we allemaal luisteren?
“Moodymann met zijn nieuwste album (red. Moodymann uit 2014). Hij is een technoproducer uit Detroit, maar zijn laatste plaat is een ongelofelijk fijne soulplaat. Tussen de liedjes door geeft jij ook les over Detroit en het ontstaan van house. Dat doet hij met allemaal fragmenten en comedy. Hij vertelt bijvoorbeeld over het ontstaan van de mensheid. De eerste mensen op de wereld waren volgens hem zwart. Ergens in Afrika hadden ze miljoenen jaren geleden leven gevonden, en die mensen spraken geen Frans. Het waren gewoon de eerste zwarte gasten, die zeiden: waar ben ik? En nog belangrijker: hoe kom ik naar Detroit? Erg geestig. Het is een heel relaxed album, dat hier en daar ook heel diep gaat. Bijzonder, divers en creatief. Als je nog nooit een Detroit-houseplaat hebt beluisterd, moet je voor Moodymann gaan.”
Naar welke plaat kijk je het meest uit?
“Four Tet! Hij komt dit jaar met een nieuw album. Hij draait overal, ook op Lowlands. Hij maakt een supernieuwe sound, maar gebruikt herkenbare elementen. Ik kan niet wachten op wat hij nu weer heeft bedacht in zijn studio.”
fotocredits: Husne Afsar